Regenboogstad


Regenboogstad
Auteur	Leslie McTroan
Genre	fictie, literaire thriller, misdaadroman
Uitgeverij	Uitgeverij Sumer
Pagina's	384 pp
1ste druk	2008, Drukkerij Neyt

Regenboogstad is de Nederlandstalige debuutroman van Leslie McTroan. De eerste druk verscheen in juni 2008 onder Uitgeverij Sumer en wordt bij Drukkerij Neyt gedrukt. Het boek is bij Libris te koop.

McTroan zelf noemt Regenboogstad "in essentie een verhaal over verloren zielen".

Het verhaal speelt zich af in de hedendaagse tijd in en rondom Wikistad. Zonder het laatste, kleine hoofdstuk (en de flashbacks en -forwards) speelt het verhaal zich af binnen een tijdsspanne van middernacht tot ongeveer middag de volgende dag, dus binnen een periode van twaalf opeenvolgende uren.

Geweld komt heel frequent voor in het boek, maar de auteur verheerlijkt het nooit. McTroan beschrijft het geweld steeds objectief (afstandelijk zelfs) en kort, wat overeenstemt met het hoge tempo van het verhaal.

Indeling[]

Het boek is ingedeeld in acht hoofdstukken, die elk de naam van een kleur dragen. Het laatste hoofdstuk beslaat iets meer dan een bladzijde.

Elke hoofdstuktitel verwijst naar één of meerdere personages, maar dat kan de lezer pas echt begrijpen als hij de betekenis van hun namen achterhaalt. Meestal maakt het personage in kwestie zijn of haar eerste optreden in het desbetreffende hoofdstuk.

'Wit' verwijst naar de drugsverslaafde protagonist Albin en/of zijn vriendin, de eveneens verslaafde prostitué Cassandra.
'Paars' verwijst naar de personages van de prostitué Violet en haar pooier, Indigo.
'Blauw' verwijst naar de bijna gepensioneerde wijkagent Hinto.
'Grijs' verwijst naar de getrouwde zakenman (en hoerenloper) Lloyd.
'Groen' verwijst naar Albins neef, de transporteur Irving.
'Geel' verwijst naar Cassandra's vader, Flavio.
'Rood' verwijst naar Flavio's buurman, Roy.
'Zwart' verwijst naar Albins goede vriend, Dwayne. Dwayne komt enkel voor in het eerste hoofdstuk van het boek, maar dat maakt de cirkel wel mooi rond. Bovendien wordt Albins neergang, die tegelijk ook een boetedoening en verlossing is, zo extra in de verf gezet.

Samenvatting[]

Wit[]

Het boek opent met iemand die omstreeks twaalf uur middernacht een vuistslag in z’n gezicht krijgt en uit een donker achterkamertje naar buiten gesmeten wordt. Achtergelaten in een steegje, met een gebroken neus, komt het hoofdpersonage aan het woord. Hij geeft alleen z’n achternaam, Albin, en vertelt de lezer wat er voorafging aan de opening. Albin is een cocaïneverslaafde en leeft in de marge van de Libertaanse maatschappij, samen met zijn vriendin, het cokehoertje Cassandra (Candace voor de klanten). Die avond liet Dee (kort voor Dwayne), een goede vriend van Albin, hem weten dat hij een vierde man zocht voor een pokerpartijtje, die plaatsvond in het achterkamertje van een louche bar. Dee is een kruimeldief en de twee andere heren blijken lid te zijn van de Wikistadse maffia, maar Albin is radeloos op zoek naar geld om z’n verslaving te kunnen voeden, en besluit mee te pokeren. Albin komt echter steeds meer geld te verliezen en speelt met zaken die hij eigenlijk niet heeft, zoals een tweedehandswagen waarvan de sleutels toevallig nog bij z’n vriendin liggen. Albin heeft altijd al een gladde tong gehad en weet zich zo te redden tot hij uiteindelijk wel iets moet ophoesten. Wanneer hij dat natuurlijk niet kan, worden de twee criminelen zo kwaad dat ze Dee neerschieten, omdat hij hun vertrouwen geschaad heeft door Albin in het spel te brengen. Albin krijgt van de misdadigers twaalf uur om 20.000 euro bij elkaar te brengen, zoniet doden ze ook hem.

Paars[]

Poker — Een partijtje poker met twee maffioso betekent de start van Albins helse nacht.

Na de flashback wordt de lezer teruggebracht naar Albin in het steegje. Hij rent meteen naar de plek waar z’n vriendin meestal ‘werkt’, en onttrekt haar aan haar werk, na een discussie met haar pooier, Indigo, en het daaruit volgende gevecht. Albin en Cassandra, die elkaar altijd blijven steunen, bedenken samen een eerste plan om aan het geld, of een groot deel ervan, te geraken. Violet, Een ‘tophoertje’ in het bordeel van Indigo, is erom gekend bijna uitsluitend mannen met een pak geld als klanten te hebben. Albin en Cassandra vallen binnen in het bordeel, Albin bewapend met een revolver die ooit nog aan een politieagent toebehoorde. Maar de kidnapping gaat niet van een leien dakje. Albin schiet een van de pooiers bodyguards neer, die per ongeluk ook het hoertje Violet raken. Albin en Cassandra weten met veel geweld te ontsnappen, samen met Violets klant als ‘buit’.

Blauw[]

De twee partners lijken geluk te hebben, want de zakenman, genaamd Lloyd, boert inderdaad goed. Ze carjacken een Rometa taxi met de opdracht hen naar de villa van Lloyd (in de Villawijk) te voeren. Het koppel gebiedt de taxichauffeur buiten op hen te wachten. Van zodra de taxichauffeur de kans daartoe krijgt, verwittigt hij het taxibedrijf die op hun beurt de politie op de hoogte brengen. Een bijna gepensioneerde wijkagent, Hinto, vangt het bericht gedeeltelijk op op z’n radio en gaat op onderzoek naar het huis van de zakenman, in de veronderstelling dat het gaat om een paar jeugdige vandalen. Vanzelfsprekend houdt Lloyd niet voldoende geld thuis. In hun razernij, deels om hun eigen stommiteit(en), maken Albin en Cassandra Lloyds vrouw en kinderen wakker. Dan komt wijkagent Hinto het huis binnen. De spanning loopt op terwijl Hinto en Albin elkaar onder schot houden. Wanneer Albin het geluid van politiesirenes hoort, verliest hij volledig de controle. Hij knalt de oude wijkagent neer, maar wordt zelf ook geraakt in z’n linkerarm door Hinto. De taxichauffeur was net van plan te ontsnappen met z’n auto, wanneer Albin als een gek schietend naar buiten komt. Hij raakt een van de banden van de taxi en slaagt erin, bijna op miraculeuze wijze, de rijdende agent van een van de twee politiewagens dwars door de voorruit te raken. Onder het geschreeuw van zijn vrouw en kind wordt naar Lloyd naar buiten geslepen en in de taxi geduwd. De overblijvende politiewagen zet de achtervolging in.

Grijs[]

Met een lekke band geraken Albin en Cassandra natuurlijk niet ver. Ze crashen taxi dwars door de etalage van een elektronicazaak in de Winkelwijk. De politiewagen kan niet op tijd ontwijken en botst in op de taxi. Eén agent is op slag dood, Albin, nu ook gewond aan het voorhoofd, maakt de andere af. Cassandra is er eigenaardig genoeg zonder kleerscheuren vanaf geraakt, maar Lloyd, de zakenman, heeft eveneens de crash niet overleeft. Omringd door allerlei dure elektronica, besluit Irving op te bellen. Irving is een neef van hem die in de transportbusiness zit en een goede heler voor hem zou kunnen regelen. Het is dan wel vijf uur ’s ochtends, Irving is omwille van zijn baan, altijd al vroeg op weg. Albin vertelt nog niet de helft van het verhaal, maar zijn neef is bereid hem te helpen, omdat ze vroeger goede maatjes waren en tenslotte familie zijn. Irving regelt een heler en vertrekt naar Albin in de Winkelwijk. Maar een dergelijke plotse deal bij een heler gaat natuurlijk niet ongemerkt voorbij aan de lokale georganiseerde misdaad.

Groen[]

Aan een razend tempo laden Albin, Cassandra en Irving een bestelwagen vol elektronica. Maar eens aangekomen bij de heler, rond 7 uur ’s ochtends, wachten de geïnformeerde twee criminelen daar het hoofdpersonage op, en nemen Albins lading gestolen goederen gewoon over. Albin kan niet anders dan hen te laten doen. Hij moet terug van nul af beginnen, en heeft slechts nog vijf uur om dat te doen, terwijl de politie hem achternazit. Om te tonen dat ze het menen, nemen de twee criminelen bovendien Irving mee. In een verwijzing naar de toekomst, vermeldt de auteur dat Albins neefje later verdronken teruggevonden werd in de baai van Wikistad. Verslagen keren Albin en Cassandra terug naar de bouwvallige woning waar ze tijdelijk verblijven. Daar doen ze zich te goed aan cocaïne van slechte kwaliteit en goedkope alcohol.

Geel[]

Albin en Cassandra zijn compleet verdoofd wanneer de pooier Indigo bewapend met zijn bodyguard hun krot binnenvalt. Albin en Cassandra worden beiden bont en blauw geslagen. Indigo eist een schuldvergoeding, maar, wetende dat het drugsverslaafde koppel die niet kan inlossen, wil hij hen beide vermoorden. Dan begint Albin over zijn schuld tegenover de maffia te praten. Geamuseerd luister de pooier hem aan, en besluit hij de twee te laten leven, puur uit sadisme. Cassandra kan nauwelijks haar mond opendoen wanneer ze haar vaders naam, Flavio, noemt. Cassandra stamt af van een rijke familie van Italiaanse koophandelaars, maar werd als tiener onterfd omwille van haar losbandig gedrag. Haar vader en moeder wonen in Victoria, en Cassandra is ervan overtuigd dat ze in hun villa daar genoeg geld in een kluis hebben om hun beide schulden in te lossen. Cassandra had dat tot dan toe geheim gehouden, omdat ze niets meer met haar familie wilde te maken hebben, en dat aanzag als het enige beetje eer dat haar overbleef. Indigo twijfelt, maar brengt hen uiteindelijk naar het huis van Cassandra’s vader en moeder.

Rood[]

Kluis — Met het geld uit de kluis van Cassandra's ouders hoopt Albin zijn schuld in te kunnen lossen aan de maffia en de pooier Indigo.

Aangekomen bij het huis van Cassandra’s vader en moeder, is het ongeveer 9 uur ’s ochtends. Wanneer haar vader, Flavio, de post komt halen, grijpen ze de kans om naar binnen te dringen. Flavio’s buurman, Roy, merkt Cassandra op, maar zij doet zich onschuldig voor als Flavio’s dochter. Indigo laat Cassandra’s ouders beneden vastbinden in de woonkamer terwijl Cassandra de kluis lokaliseert. Indigo probeert de code tot de kluis los te krijgen van de ouders. Alle commotie veroorzaakt bij Cassandra’s moeder, die al een zwak hart had, een hartaanval, en ze sterft, nadat ze de code had vrijgegeven. Een emotioneel en vurig gesprek volgt tussen vader en dochter, waarbij Cassandra ineenstort, nadat haar vader haar beschuldigt van, ondermeer, de dood van haar moeder. Ondertussen heeft Roy, de buurman, Cassandra’s beschrijving opgemerkt in het ochtendnieuws over de gebeurtenissen aan de westkant van Wikistad. Roy verwittigt de politie, die, beter voorbereid, meer agenten op de zaak afsturen. Indigo heeft net het geld uit de kluis gegrepen en is van plan iedereen ter plekke af te maken en het op een ongeluk te doen lijken. Op dat moment komt echter de politie toe. Een bloedige schietpartij volgt, waarbij Indigo, zijn bodyguard en Flavio om het leven komen. Beseffend dat alles zijn schuld is, neemt Albin eindelijk zijn verantwoordelijkheid. Hij helpt Cassandra te ontsnappen met het geld en probeert ondertussen de politie tegen te houden.

Zwart[]

Albin wordt opgepakt en krijgt levenslang in de gevangenis van Wikistad. Cassandra komt hem niet bezoeken, en hij krijgt te horen dat zij gevlucht is naar het buitenland met al het geld. Aanvankelijk weigert Albin dat te geloven, daar Cassandra de enige houvast was in z'n leven, en de enige die hij echt vertrouwde. Maar de tijd en de eenzaamheid zorgen ervoor dat het idee aan waarschijnlijkheid wint bij hem. Of zoals het personage zelf zegt in het boek: "Zoals je went aan de smaak van het gevangeniseten (of liever het gebrek daaraan), het koude deken van de eenzaamheid en de tijd die een steeds dikkere roestlaag aanbrengt op je geheugen... zo wen je aan het idee, dat traag maar zeker waarheid wordt." Albin is er zeker van dat de maffia hem zonder problemen kan bereiken in de gevangenis, en gaat er vanuit dat zijn dagen geteld zijn.

Naamgeving[]

Leslie McTroan, pseudoniem van uitgever Miles Coltrane, liet zich door schrijver Gebert Goetman inspireren (wiens werk eveneens wordt uitgegeven bij Sumer) om z'n personages namen te geven die relatief eenvoudig te achterhalen zijn en er ook een diepere betekenis aan geven. Bovendien versterkt het de band tussen de verschillende personages in Regenboogstad.

Albin is een Scandinavische naam afgeleid van het Latijnse woord voor "wit", albus. Misschien is de kleur een verwijzing naar het feit dat hij diep vanbinnen nog een 'pure kern' heeft, of verwijst het eerder cynisch naar zijn cocaïneverslaving. Albin, de protagonist, is overigens het enige personage zonder voornaam.

Regenboogstad kleuren — Een visuele voorstelling van de hoofdstukken met de daarmee verbonden personages.

Cassandra is een Griekse naam die betekent: "zij die schittert onder de mannen". Schittering associeert men in het algemeen met fel wit licht, of in dit geval, met het personage van Albin. De titel van het eerste hoofdstuk zou dus ook naar Cassandra kunnen verwijzen. Niet toevallig betekent Cassandra's 'artiestennaam' Candace "schitterend wit" in het Grieks.
Dwayne is een verengelsing van de Gaelische naam Dubhan, dat "klein en donker" betekent. De afkorting van zijn naam, Dee (of D.), is in het Welsh dan weer "zwart". Beide namen kunnen een voorverwijzing vormen naar het feit dat Dwayne komt te sterven, daar men zwart associeert met de dood. Verder wordt Dwayne in het boek door het hoofdpersonage beschreven als iemand die "goedmaakt in ideeën wat hij tekort komt in lengte", klein dus.
De namen van de pooier Indigo en het hoertje Violet spreken voor zich. De kleur indigo houdt het midden tussen blauw en violet. Ook in het boek gaat de auteur over van violet (Violet) en indigo (Indigo) naar blauw (Hinto). Violet en indigo sluiten beide nauw aan bij de kleur paars. De associatie van prostitutie met paars is waarschijnlijk eigen aan de auteur.
Hinto is een Indiaanse naam en betekent "blauw haar". Vermoedelijk is dit een verwijzing naar het feit dat de wijkagent vroeger een politieagent was (blauw -> politie).
Lloyd komt van het Welshe woord voor "grijs". Die kleur sluit aan bij het stereotype beeld van de uniforme, monotone, 'kleurloze' zakenman.
Irving is een Schotse voornaam die "groen water" betekent. "Water" kan hier opnieuw blijk zijn van de schrijvers cynische humor, want Albins neef wordt in het verhaal verdronken.
Flavio is een Italiaanse naam afgeleid van het Latijnse flavius, "geel" of "blond". Ook Cassandra's vader (en familie) is van Italiaanse herkomst. De kleur zou kunnen verwijzen naar Flavio's lafheid, beschreven door zijn dochter.
Roy is een Ierse naam die afgeleid is van het Keltische woord voor "rood", ray. 'Rood' als titel van het voorlaatste hoofdstuk roept zeker een onheilspellende sfeer op. Eigenaardig genoeg is Roy een van de weinige personages die blijft leven in het boek. Is dit misschien weer een cynische grap van McTroan, de auteur?

Eveneens het vermelden waard is het feit dat de namen van de twee maffioso, die toch geen onbelangrijke rol spelen in het verhaal, niet vernoemd worden. De auteur insinueert hier eventueel mee dat ze hun individualiteit opgegeven hebben om deel uit te maken van een groter geheel, de misdaadfamilie. Toch krijgen de twee misdadigers wel bijnamen mee van Albin; afgaand op hun gezichtshaar noemt hij de ene Snor en de andere Zondersnor.

Thematiek[]

Enerzijds is 'regenboogstad' een metafoor voor de socio-culturele verscheidenheid in de Libertaanse maatschappij. Daarom vertegenwoordigt bijna elk personage één kleur. Ook de herkomst van hun namen duidt op die verscheidenheid en geeft mogelijk ook de verschillende roots van de personages mee. Cassandra's Italiaanse achtergrond wordt expliciet vermeld het boek, maar het is ook best mogelijk dat bijvoorbeeld Hinto van Indiaanse herkomst is, Irving van Schotse, en Roy van Ierse.

Anderzijds zijn de personages in het boek stuk voor stuk met elkaar verbonden. Wat hen het duidelijkst verbindt is de protagonist Albin en zijn daden, maar het verband ligt ook dieper. Bij bijna allen van McTroans (belangrijkste) personages schijnt namelijk een zekere spirituele verlorenheid door. In dit opzicht kan Regenboogstad ook een existentiële roman genoemd worden.

Belangrijke motieven in McTroans verhaal zijn: de reis en de zoektocht (letterlijke en figuurlijk), verlossing, schuld en verantwoordelijkheid.